De nekhernia, in het Latijn “cervicale hernia nuclei pulposi” genoemd, is een hernia in de nek, die voornamelijk pijnklachten en uitvalsverschijnselen in de arm veroorzaakt. Wat een nekhernia precies is, welke symptomen en klachten vaak voorkomen bij een hernia in de nek, en verschillende behandelmogelijkheden bij een nekhernia worden op deze pagina besproken.

Wat is een nekhernia?

Bij een nekhernia (cervicale hernia nuclei pulposi, afgekort HNP) is een tussenwervelschijf in de nek beschadigd, waardoor de tussenwervelschijf tegen een zenuw drukt. Dit drukken tegen de zenuw geeft pijn en een doof gevoel in de arm of armen. Hoe erg de klachten zijn, is afhankelijk van de grootte van de beschadiging en op welk deel van de zenuw gedrukt wordt en hoe hoog die druk is.

Klachten bij een nekhernia

De meest belangrijke klacht bij een nekhernia is uitstralende pijn in een arm, waarbij de arm in sommige gevallen ook dof aanvoelt, alsof je arm ‘slaapt’. Hoe erg de pijn is, is verschillend van patiënt tot patiënt. De ene persoon met een nekhernia heeft er weinig last van, maar bij de andere persoon is de pijn erg heftig. De pijn in de arm kan zelfs zo heftig zijn, dat de patiënt ernstig beperkt wordt in zijn dagelijkse leven en bijna niets meer kan doen.

Symptomen nekhernia

Het belangrijkste symptoom dat wordt ervaren door mensen met een nekhernia, is uitstralende pijn in één arm. Patiënten geven daarbij aan dat de pijn aanwezig is in een bepaald gebied in de arm, die vrij scherp is afgegrensd. In ongeveer de helft van de gevallen geeft de patiënt naast pijn ook aan dat hij in diezelfde arm last heeft van tintelingen en/of uitvalsverschijnselen. Een andere, vaak aangegeven klacht, is pijn in de nek. Deze nekpijn gaat soms vooraf aan de pijn in de arm, of gaat ermee gepaard. Wanneer de patiënt moet hoesten, niezen of persen kunnen de klachten tijdelijk verergeren, omdat tijdens deze bewegingen de druk op de afgeknelde zenuw toeneemt.

De pijn neemt vaak toe wanneer de patiënt naar boven kijkt, en ook als de nek in dezelfde richting gedraaid wordt als waar de pijn wordt aangegeven.

Opsporen van een hernia in de nek

In ongeveer 80% van de gevallen is het al snel duidelijk dat de patiënt last heeft van een nekhernia. Wanneer de behandelend arts hier echter over twijfelt, is er extra onderzoek nodig om na te gaan of het om een nekhernia gaat of dat de patiënt ergens anders last van heeft. Een onderzoek die hierbij gedaan zou kunnen worden, is een MRI-scan.

Hoe ontstaat een nekhernia?

Een cervicale hernia nuclei pulposi (nekhernia) wordt altijd veroorzaakt door een tussenwervelschijf die door omstandigheden zwak is geworden, en daardoor uitpuilt. Door het uitpuilende deel van de tussenwervelschijf kan de zenuw bekneld raken, waardoor de pijnklachten worden veroorzaakt. In de meeste gevallen (60%) is de zenuwwortel C7 aangedaan, dit is de zenuw die bij de zevende nekwervel het wervelkanaal verlaat. Zenuwwortel C6 is in 25% van de nekhernia’s bekneld, C8 in 8% van alle gevallen en zenuwwortel C5 raakt in 4% van de gevallen bekneld bij een hernia in de nek.

Behandeling nekhernia

Wanneer een patiënt een cervicale HNP heeft, is de prognose (het vooruitzicht) vaak goed. Als hernia in de nek niet behandeld wordt, verdwijnen de ergste klachten vaak binnen vier tot zes weken. Als iemand zich bij de huisarts of het ziekenhuis meldt met een nekhernia, zal in eerste instantie gestart worden met pijnmedicatie en rust. Mochten de klachten in dat geval niet overgaan, kan er overwogen worden om een operatie te ondergaan. Bij 80% van de operaties is succes geboekt en is de patiënt daarna van zijn nekhernia genezen.